Jan Groen: ‘Tegen de stroom in op de vastgoedmarkt’
Nu de droom om de agrarische wereld 100% biologisch te maken handen en voeten krijgt in Green Organics, zet oprichter Jan Groen met Conburtions stappen in het veranderen van de vastgoedsector. In beide werelden dezelfde aanpak: niet ‘lullen maar poetsen’, waarbij niet het rendement maar een betere wereld centraal staat.
Transparantie en het aan elkaar koppelen van alle schakels in één enkele keten zijn ontwikkelingen waar Green Organics de regie in heeft genomen om hun droom, in 2030 marktleider zijn in biologische AGF, waar te maken. ‘Niet om de grootste te zijn, maar om zoveel mogelijk impact te hebben’, vertelt Jan. De activiteiten van Green Organics liggen al regionaal, nationaal en internationaal, maar vanuit de maatschappelijke verbondenheid met woonplaats Kampen en provincie Overijssel ontsproot drie jaar geleden het idee om daar in vastgoed het verschil te maken. In 2016 richtte Jan samen met zijn zwager Henry van Halm Conburtions op, dat bemiddelt in woningen en woonvormen. ‘Met Green Organics zijn we gewend om tegen de stroom in te gaan. Dat heeft me gesterkt om dat ook in de vastgoedmarkt te proberen. Je kunt daar proberen zoveel mogelijk geld te verdienen maar dat vind ik zinloos geweld, liever geven we mensen een nieuwe toekomst. Bij Conburtions kijken we niet alleen naar het rendement, maar naar de impact die het te weeg brengt. De naam Conburtions zegt dat ook, het is een samenstelling van termen waar wij voor staan: con staat voor connect, of verbinden, bur staat voor ontzorgen en komt van het Engelse unburden, tions staat voor participeren en realiseren (participations en realisations).’
Conburtions bemiddelt onder andere voor mensen die zijn vastgelopen in de maatschappij en een begeleide woonvorm nodig hebben, of voor een moeder die in een blijf-van-mijn-lijf huis wacht op een kleine eengezinswoning, of zoekt naar nieuwe woonvormen waar jong en oud zelfstandig wonen maar ook voor elkaar willen zorgen en samen een gemeenschap vormen, of voor daklozen die nu onderdak hebben bij het Leger des Heils. ‘Als het lukt, dan zijn dat vaak kippenvelmomenten’, vertelt Jan. Voor Conburtions voelen de successen echter als druppels op de gloeiende plaat. ‘Het tekort aan juiste woningen is een maatschappelijk probleem, er zijn veel te weinig sociale huurwoningen en een tekort aan acute opvang van mensen die in problemen zijn geraakt en extra zorg nodig hebben. Om dit op te lossen is het nodig dat commerciële bedrijven en instellingen met elkaar samenwerken. Als Conburtions hebben we niet de eigen middelen om alles te gaan financieren en steunen onder meer op geld van derden die het concept een warm hart toedragen. Om echt impact te hebben moeten de banken ook in dit soort ontwikkelingen durven financieren. Ik zit er vaak genoeg aan tafel. Je laat successen zien, praat, rekent, overlegt en ze geven je gelijk maar toch doen ze niet mee, dat vind ik onbegrijpelijk.’
Maar Jan heeft in de biologische sector ook met dat bijltje gehakt. Daar werd duidelijk dat je moet werken met langetermijn-partnerships, iets wat bij Green Organics goed van de grond is gekomen. ‘Het gaat niet alleen om gezonde eindproducten, maar om de wereld die je achter wilt laten, het systeem waarin je opereert moet volhoudbaar zijn. Green Organics staat voor gezonde eerlijke biologische producten, geproduceerd met zorg voor de natuur. Zorg, eerlijkheid en langetermijndenken zijn ook de basis van Conburtions. Wat zit mensen nu in de weg, hoe kunnen we die verder helpen en verbindingen aangaan. Daarvoor is het nodig dat partijen out-of-the box denken en verantwoordelijkheid nemen en ook transparant met elkaar omgaan. Er zijn partijen in de markt die hun mond vol hebben over duurzaamheid of maatschappelijk verantwoord ondernemen maar als het spannend wordt, zetten ze principes overboord voor het eigen belang. Er zijn partnerships nodig die inzetten op langetermijnrelaties, in goede en slechte tijden. Daarom blijven we ons inzetten en zoeken naar nieuwe samenwerkingsvormen die we concreet vormgeven met de mentaliteit: niet lullen maar poetsen’, besluit Jan.
Bron: Primeur